Oudere koppels blijven langer samen, jongeren gaan vaker uit elkaar

Het aantal huwelijken in Nederland dat 50 of 60 jaar standhoudt, neemt toe. Steeds meer echtparen vieren hun gouden, diamanten en platina jubilea, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek. Door de stijging van de levensverwachting is de kans groter dat beide partners de 50 of 60 jaar huwelijk halen.

Het aantal mensen dat trouwt is wel fors afgenomen. In het piekjaar 1970 trouwden ruim 123.000 koppels, nu zijn het er gemiddeld 65.000. De verklaring: in de jaren 60 en 70 nam de welvaart fors toe. “Iedereen werd optimistisch, mensen kregen eerder een vaste baan, een huis en het trouwen hoorde erbij”, zegt Matthijs Kalmijn van onderzoeksinstituut NIDI-KNAW.

Die koppels beleven nu hun jubilea. In 2018 waren bijna 53.000 stellen 50 jaar getrouwd, terwijl dat er in 2008 bijna 34.000 waren. Relatietherapeute Keshvar Amigh merkt dat ouderen zich vaker verplicht voelen om bij elkaar te blijven. “Zo denken sommige mensen dat ze hun kinderen kwetsen met een echtscheiding”, zegt Amigh.

Sinds de jaren 70 scheiden koppels vaker, blijkt uit de cijfers van het CBS. Het zijn vooral jongere koppels die uit elkaar gaan. Het percentage huwelijken dat de 25 jaar haalt, is sinds 1998 gedaald van 73,5 procent naar 63 procent. Het percentage echtparen dat 40 jaar haalt, is stabiel gebleven tussen de 55 procent en 60 procent.

Volgens Kalmijn is het taboe op scheiden verdwenen door de ontkerkelijking. Bovendien is de economische positie van vrouwen verbeterd. “Doordat vroeger minder vrouwen werkten, was het voor hen veel lastiger om financieel rond te komen na een scheiding”, legt Kalmijn uit.

Van de in 1971 voltrokken huwelijken liep 12 procent uit op een scheiding, het CBS verwacht dat dat cijfer voor de huwelijken gesloten in 2018 uitkomt op bijna 40 procent.

(Bron: NOS)

NIEUWS